Wanneer welke autostoel?
Veel ouders vragen zich af wanneer ze welke autostoel moeten hebben voor hun kindje. Deze regels hebben volledig betrekking op veiligheid. Een kindje die nog niet de lengte van 1,35 meter heeft, moet verplicht plaatsnemen in een autostoel die passend en goedgekeurd is. Lees hier wanneer je welk autostoeltje je moet hebben.
Allereerst is het belangrijk dat je de beschikking hebt over een goedgekeurd autostoeltje. Dit autostoeltje moet voorzien zijn van een ECE label. Daarnaast moet het stoeltje zijn afgestemd op de lengte en het gewicht van het kindje. Een stoeltje kan immers een goede bescherming bieden als het kindje goed in het zitje past. Dit is vanzelfsprekend erg belangrijk om letsel te voorkomen.
Hoe je het juiste autostoeltje voor je kindje kunt bepalen
Ieder kinderstoeltje dat in Nederland verkrijgbaar is voldoet aan de veiligheidsnormen. Dit kunnen we eenvoudig aangeven omdat de kinderstoeltjes anders niet verkocht mogen worden. Een fabrikant mag zelf bepalen welke lichaamslengte een kindje moet hebben om van een specifiek stoeltje gebruik te kunnen maken. Hierdoor kan het voorkomen dat er kleine verschillen te vinden zijn in de maatvoeringen die gehanteerd worden.
De autostoeltjes hebben een i-Size normering. In het verleden werd een ECE-R44 normering toegepast. Ook van deze normering kun je nog gerust uitgaan. Hierbij worden de kinderstoeltjes ingedeeld in groepen:
Bekijk hier een filmpje met tips en adviezen over autostoeltjes
Indeling van autostoeltjes voor kinderen
De indeling is gebaseerd op het lichaamsgewicht. Als het echter blijkt dat een kind met betrekking tot lichaamslengte een groep is ontgroeid, moet deze door naar de volgende groep. Vooral de nek en het hoofd mogen zeker niet (los) boven de zitschaal uitsteken. Autostoeltjes kunnen een goedkeuring hebben voor één groep, maar ook voor meerdere groepen.
Groep 0 stoeltjes worden bijna niet meer verkocht en zijn vervangen voor groep 0+ stoeltjes. Er zijn wel reiswiegjes op de markt met een groep 0 goedkeuring. Groep 0+ stoeltjes worden tegen de rijrichting in geplaatst om een goede ondersteuning te bieden aan het hoofd en de nek in geval van een frontale botsing.
De meeste groep I stoeltjes worden met de rijrichting mee geplaatst. Groep II en III worden vaak samengevoegd tot één stoeltje. Dit stoeltje bestaat uit een zitverhoger en een rugleuning. Om dit stoeltje vast te zetten wordt gebruik gemaakt van de driepuntsgordel. Ook dit stoeltje biedt voldoende zijdelingse protectie. Daarom wordt het aangeraden om zo lang mogelijk gebruik te maken van de rugleuning van het stoeltje en niet alleen de zitverhoger te gebruiken.
Losse stoeltjes worden met behulp van een autogordel bevestigd. Het is de bedoeling dat deze zo vast mogelijk worden gezet. Een verantwoord gebruik zal de veiligheid van je kindje verhogen.
Gerelateerde pagina's